Amazing Sumatra: Bukit Lawang

We staan 's-ochtends om 6 uur op om de eerste veerboot naar Parapat te kunnen nemen. We willen vandaag in een keer naar Bukit Lawang reizen, als het goed is een reis van ongeveer 10 uur.
Eenmaal aangekomen op het vaste land nemen we een minibusje naar het busstation. Daar aangekomen hebben we net de bus van acht uur gemist en moeten we tot negen uur wachten. Er is helemaal niks en niemand op het busstation dus we lopen een beetje rond en drinken een kopje koffie bij een stalletje. De bus is nog erger vervallen dan de bus van de heenweg, de zitting is keihard en de voorruit van de chauffeur zou een ideaal marketingverhaal voor carglass zijn, het is niet te geloven dat die nog vast blijft zitten.

Na drie van de vijf uur in de bus komt er een man naast ons zitten die politiek wil bespreken. We zijn door de hitte niet echt in voor een uitgebreid praatje. Maar daar heeft hij weinig bericht aan, hij blijft in het gangpad zitten en vragen stellen. Uiteindelijk is het erg gezellig, de man is een christelijke leraar wiskunde op een basisschool en heeft een duidelijke mening over de Indonesische politiek, heeft een hekel aan moslims en de Nederlandse bezetting begin van de eeuw. Volgens hem zijn wij de reden dat er zoveel corruptie in zijn land heerst en niet alle kinderen een kans hebben op educatie. Hij vind dat de Nederlandse regering allang had moeten ingrijpen en de huidige regering zou moeten dwingen af te treden. We proberen hem uit te leggen dat Nederland te klein is om een land zo groot als Indonesie te steunen in wat hij wil, maar ja, daar heeft hij lak aan, want we waren een eeuw geleden ook groot genoeg om Indonesie te kolonialiseren. Het is een leuke discussie, maar hij klinkt wel erg verbitterd en legt bij een hoop sociale problemen de schuld bij de Nederlanders. Of dat helemaal terecht is twijfelen wij een beetje aan.

Eenmaal aangekomen op het busstation van Medan worden we meteen aangesproken voor ritten direct naar Bukit Lawang, we wimpelen iedereen af en gaan eerst rijst met kip eten bij een eetstalletje op het station. Iedereen komt om ons heen zitten en we besluiten na de lunch in te gaan op een voorstel om ons direct te brengen. Natuurlijk klopt er niks van het verhaal, drie lokale minibusjes en twee becak ritjes verder (in plaats van de beloofde rechtstreeke rit) zijn we pas in Bukit Lawang. We hebben onderweg ook nog (ongewenst) een gids opgepikt, maar we zijn zo moe dat we hier niet op ingaan. De laatste minibus-rit is twee uur lang en gaat het laatste uur door kilometers en kilometers palmolieplantages. We zijn alle twee doodstil, hoe confronterend dat de honderden kilometers rond een van de mooiste nationale parken ter wereld de hebberigheid en beschaving van de mens zo aanwezig is. Je wordt er zo hard mee geconfronteerd, bleh mijn maag draait zich om.

Bukit Lawang is een piepklein dorpje aan de rand van het Gungung Leuser National Park, bekend om het grote en succesvolle urang-utan rehabillitation center. Aan de rand van de rivier, een paar minuten lopen van het parkkantoor zijn een aantal guesthouses, winkeltjes en eenvoudige restaurantjes.


We lopen een kilometer in de snikhitte met onze backpacks op langs de rivier naar een van de laatste guesthouses waar we enorm warm en hartelijk ontvangen worden. We kiezen een kamer dat meer een huis is, op de benedenverdieping een grote kamer met een aanrecht en een badkamertje en boven een simpel bamboe-bed en een veranda met een hangmat. Het dichtstbijzijnde volgende huisje is ver gelegen in een prachtig aangelegde tuin waar het krioelt van het leven.


Het huisje ligt aan de rivier, en we gaan meteen zwemmen om af te koelen, echt fris water uit de jungle, 27 graden Celcius. Een heel verschil met de 34 graden van de buitenlucht. Bij het water zien we duizendpoten, tientallen soorten vlinders en allerlei maten kikkers. Aan de andere kant van de rivier is de jungle, met bomen die honderd meter de lucht in steken. De jongens van het guesthouse hebben ons gewaarschuwt onze ogen goed open te houden want heel af en toe wil er aan het eind van de middag nog wel eens een orang oetan aan de rand van de rivier water komen drinken. Wat een verschil met de deprimerende palmolieplantages, we zijn helemaal overrompeld door de natuur, en blijven maar tegen elkaar roepen, moet je die vlinder zien, moet je dat beest zien, wow.

We kunnen niet wachten om te gaan trekken, maar hebben besloten eerst een rustdag te nemen en te genieten van de natuur. We gaan een koud biertje en een heerlijke Indonesische maaltijd eten bij het bijbehorende cafe van het guesthouse en genieten van de gezelligheid van het personeel van het cafe. Ze spelen allemaal gitaar en zingen luidkeels mee. Er zijn nog twee andere gasten en het is ontzettend gezellig, als we na het eten nog een spelletje kaarten komt de gids die ons naar Bukit Lawang gebracht heeft vragen of hij mee mag spelen. We leggen hem de regels uit en spelen de rest van de avond, hij heeft ontzettend geluk en wint bijna alle potjes, en Michiel verliest alles. De gids heet Amir en hij is erg relaxt en aardig, hij dwingt helemaal niet aan op de treks, waardoor we besluiten met hem te trekken. Er hebben zich op verschillende plaatsen al gidsen aangeboden voor trekst, maar op zo'n vervelende, dwingende manier, en met zeer varierende reviews. Bij Amir hebben we een erg goed gevoel en spreken met hem af overmorgen een dag te gaan trekken.

We worden de volgende ochtend vol spanning wakker, 's ochtends zitten er vaak gibbons in de jungle tegenover ons huisje en we gaan meteen naar ze zoeken. Helaas geen geluk, maar later op de ochtend als we gaan zwemmen horen we ze hoog in de bomen. Amir komt naar ons guesthouse om de laatste details door te spreken en verteld ons dat het witte gibbons zijn, die hebben een wit gezicht en witte handen. Ze zitten alleen zo hoog in de bomen dat we ze niet zien (elfs niet met onze verrekijker) maar wel een half uur lang horen schreeuwen. Wat een ervaring, we worden nog meer opgewonden over de trek die ons de volgende dag te wachten staat.
's-Middags lopen we door het dorpje naar het busstation waar de grote vrijdagmarkt is, het lijkt alsof er nog nooit een westerling geweest is want iedereen zit ons wezenloos aan te kijken. Helaas is het heel erg primitief en wordt er vooral tweedehands kleding en groente verkocht en lukt het ons alleen wat wasmiddel te kopen. Daarna gaan we lunchen bij een ecologisch guesthouse dat alle ingredienten voor hun eten zelf verbouwd aan de rand van de jungle. Erg duur, maar heerlijk Indonesisch eten.

Na onze lunch lopen we naar een vleermuisgrot zo'n 2 kilometer voorbij het ecologische guesthouse. Via rubberbomen, een kindertehuis met enorme klompen en jungle bereiken we uiteindelijk de grot. Er wordt entree gevraagd maar er is niemand behalve een mompelende boer die we halverwege tegenkwamen. Zorgen voor later.

Het laatste stukje is lastig en gaat via krakkemikkige trappetjes en zandzakken over rotsen naar boven. De grot zelf is volkomen donker en met onze hoofdlichtjes zoeken we de weg. De grot herbergt niet minder dan 5 vleermuizen, dus we hebben het snel gezien (en geroken).
Op de terugweg staat de boer nog steeds bij de entree. We geven hem het entreegeld en hij kijkt ernaar alsof het het vreemdste geld is dat hij ooit gezien heeft (ca. E 1.80). Hij is zo verbaasd dat Michiel het maar weer terugneemt want er komt ook geen wisselgeld. Na wat geroep van de boer gaan we toch maar terug - betalen is geen probleem, maar neem het geld dan wel aan.

Terug bij ons eigen guesthouse is het weer tijd voor de rivier. Als je een honderd meter stroomopwaarts loopt kan je je af laten drijven door e sterke stroming, wat koel en ontspannend is. Het avondeten smaakt wederom heerlijk en we zetten de wekker vrij vroeg om op tijd klaar te staan - morgen aapjes kijken!
Die nacht is er een enorme hoosbui die de hele nacht aanhoudt. We vragen ons af of en hoe de trek nog doorgaat, maar hebben goede hoop dat we anders een dag later gaan.

We worden een kwartier voor de wekker wakker door het gegil van een groep gibbons aan de andere kant van de rivier. We gaan gauw naar buiten met onze verrekijker, de bediening en eigenaar van het guesthouse staan ook aan de rand van de rivier, maar wij zien helaas geen gibbons. We pakken een rugzakje in, eten een stevig ontbijt (2 pannekoeken) en kletsen met de tuinman. Hij is gids geweest bij het orang oetan opvangcentrum en het park en heeft tientallen verhalen. We pikken nog 2 andere trekkers op (een Canadeze en Amerikaanse student uit Singapore) en klimmen langzaam maar zeker omhoog. Iedereen noemt deze 1-daagse tocht de Chickentrek maar dat deert ons niet. Er zijn veel verhalen over mensen die alles in de eerste 2-3 uur zien, en overnachten zien we niet echt zitten.

Onze gids legt wat uit over de onderweg geplante rubberbomen en andere vegetatie. En in de eerste tien minuten spot Mer meteen een gibbon. Het is soms wat glibberig door de regen, maar het is goed te doen. De gidsen roepen verschillende apen met verschillende geluiden. Na een drie kwartier zweten door de jungle zien we haar dan - een jonge volwassen orang oetan hangt ontspannen tussen 2 boompjes op 5 meter hoogte. Onze missie is nu al geslaagd! Het gevoel is achteraf alleen te vergelijken met wat we ervaren als duiken. Zo'n overweldigende en diepe respect voor de natuur, en beetje vlinders in je buik. We schieten ons wezenloos aan foto's maar dat valt nog niet mee onder de relatief donkere omstandigheden en de afstand.
De aap gaat uiteindelijk met vrijwel geen inspanning van boom tot tak dieper de jungle in en we laten haar gaan. Wat een geweldige ervaring, niet te vergelijken met een aap in de dierentuin. Zo snel, sterk en soepel - zo in haar element. Helaas wel half-wild, maar dat moete we voor lief nemen.

Blij als een kind lopen we verder door de jungle. Het is nu al feest, maar we zien nog meer - verderop vinden onze gidsen een nest van een moeder, vader en een baby. Vader en moeder zijn bezig om voor nog meer kleintjes te zorgen en maken en veroorzaken dus gezellige geluiden. De afstand is deze keer nog wat groter, maar met verrekijkers en de zoomlens kunnen we het nog best goed zien. Vader aap komt later (na de daad) ook even aapjes (mensen) kijken en vliegt van tak tot tak naar ons toe. De gids was even verderop en is zich niet bewust dat vader inmiddels verplaatst is. Hij pakt wat bananen voor ons als snack en vader aap heeft het snel in de smiezen. De gids doet de bananen meteen weer in de rugzak maar de aap vliegt om ons heen en eindigt een 3 meter van ons vandaan. Wat een beest!

De gids vraagt ons of we nog meer orang-oetans willen zien; wat een vraag. We lopen een paar honderd meter terug en zien daar een moeder met haar baby die aan het oefenen is met slingeren in de boom. Een heel schattig gezicht, maar ook wel eng of de baby wel genoeg ervaring en kracht heeft om te blijven hangen.

We zijn nu 2 uur onderweg en hebben niet minder dan 6 orang-oetans gezien. Ze lijken in ieder geval geheel vrij en vinden ons net zo spannend als wij hun. De snelheid waarmee ze door de jungle vliegen kunnen wij nooit halen en dat lijken zij zelf ook te weten. Als ze ons zat zijn zijn ze snel genoeg weer weg.

Na een korte stop verderop met bananen, passievruchten (de Canadees komt erachter dat je die niet als een sinaasappel opent, anders ontploft hij over je shirt heen) en mandarijnen gaan we verder. Onze dag kan echt niet meer stuk.

Pakweg een uur later ziet de gids wederom iets bewegen - het zijn Tomas Leaf apen, bladetende apen in zwart/wit kostuum. We kijken toe als ze 200 meter verderop wat in de bomen hangen, en dan komen ze op ons af als de Canadees zijn rugtas opent. Hij sluit hem snel maar de apen zijn onderweg en komen rechtstreeks op ons af. Veel gekraak van takken en met een enorme snelheid stoppen ze op een paar meter afstand. De fotocameras doen hun werk, maar de apen vinden ons erg leuk - de 2 apen komen tussen en naast ons in zitten!

Deze apen zijn volkomen wild maar blijkbaar erg geinteresseerd in mensen. Ze zitten ontspannen naar ons te kijken terwijl hetzelfde doen. We houden dit een kwartiertje vol en lopen dan rustig weg. De apen gaan ook weer hun gang.

Verder onderweg komen we nog meer apen tegen - de zeer zeldzame zwarte- en iets gewonere withandige gibbons. Ze zijn onmogelijk te fotograveren op deze afstand maar des te leuker om te spotten. Ook een kameleon, twee enorme gecko's zijn van de partij en de sporen van een wild zwijn.

We hebben eerdere pogingen om wilde dieren te zien (voshaaien en walvishaaien) pech gehad en hebben daarom niet gekozen om met opgeblazen binnenbanden van trucks de rivier af te varen maar om terug te lopen, hopende een grotere kans te hebben op dieren. De studenten hebben dat wel gekozen en na de lunch (nasi goreng uiteraard) nemen we afscheid van elkaar.

Op de terugweg zien we nog een bijennest en wat gibbons, maar we hebben al meer gezien dan we ooit gedacht hadden.

Later in het dorpp worden we nog geinterviewd door een 5-tal indonesische (middelbare school) studenten. Wat we van Sumatra vinden, het Indonesische educatie systeem en het toerisme in Bukit Lawang. Alles wordt op de video opgenomen en beindigd met een fotosessie, natuurlijk willen wij ook een foto~! Moe, bezweet maar voldaan springen we wederom de rivier in bij het guesthouse en bladeren door de foto's heen.

De 2 dagen erna staan in het teken van niksdoen. Lekker eten, lezen, zwemmen en uren kletsen met de Indonesische jongens in het guesthouse. Uit Medan komen vele weekendbezoekers en de rivier en paadjes zijn ineens erg druk. Uiteraard is het leuk om foto's van ons te maken maar inmiddels hebben we dat wel een beetje gehad.

Onze laatste dag gaan we (ondanks dat we al zoveel orang oetans gezien hebben) naar het rescue center om de apen te bekijken tijdens voedertijd. We steken de rivier over met een kleine kano en zien meteen een moeder orang oetan met een kind in de bomen slingeren. We kopen een permit om het park te mogen betreden en worden met een paar andere toeristen meegenomen de jungle in. Daar is ergens een platform waar de orang oetans die niet genoeg voedsel voor zichzelf weten te vinden twee keer per dag eten kunnen krijgen.
We zitten met zes andere toeristen op een plank weg van het platform om de apen niet te storen, als er ineens een moeder met baby uit de jungle komt slingeren en op nog geen 50 cm langs ons over het junglepad loopt. Iedereen houd zijn/haar adem in, de moeder staart naar ons terwijl ze langsloopt en de verzorgers zijn doodzenuwachtig en proberen haar met geluiden weg te leiden van ons. Maar ze vind ons net zo interessant als wij haar en vervolgt gewoon haar weg.
Uiteindelijk komen er nog 4 andere orang oetans, waarvan nog twee met baby. Ze krijgen melk met bananen er doorheen en trossen bananen. Elke orang oetan ziet er weer anders uit en elk heeft zijn/haar eigen persoonlijkheid. Daar komt Mer op een niet zo'n leuke manier achter, als een van de meest ondeugende orang oetan mannetjes van ongeveer 10 meter hoogte een grote tak op een verzorger probeert te gooien die naast haar zit. Ze zien de tak gelukkig op tijd aankomen. Wat een beesten, het kan gewoon niet dat we deze fantastische dieren laten uitsterven, wij gaan er samen in ieder geval nog harder voor knokken dat dit niet gebeurd.


Het vertrek valt zwaar, de omgeving is zo onbeschrijvelijk mooi, we zijn zo'n levenservaring rijker en we hebben het zo gezellig gehad met de jongens van het guesthouse. Opik (de jongen waar we het meest contact mee hebben gehad) helpt ons met een sluiproute naar Bandah Aceh, wat twee uur van onze reis af haalt. En geeft ons een telefoonnummer van een vriend (Pino) die een guesthouse op onze volgende bestemming heeft: Pulau Weh, een eilandje voor de kust van Bandah Aceh om te gaan duiken.
Eigenlijk willen we nog blijven, maar we realiseren ons dat de dagen hier in weken veranderen en die zo in maanden...

Op naar een becak om ons naar het busstation te brengen.

zie hier nog meer foto's.

Reacties

Reacties

Danielle

Woohooooo, de oerang oetan foto's waar ik op zat te wachten!! Wat GEWELDIG!!!! Ik ben helemaal jaloers, lijkt me zo stoer om zo dicht bij te komen......jullie hebt genoten, that's for sure. Tot nu de highlight van de vakantie?

astrid

Wat geweldig dat jullie die oerang oetans van dicht bij bekeken hebben,
En wat een verhaal weer en nu zeker uit de jungle.
De foto,s zijn ook erg geweldig, maar wat zijn die oerang oetans groot, lijkt me toch wel oppassen geblazen.
wat zitten jullie toch in een groot avontuur.

Jeannette

Wat hebben jullie deze geweldige ervaring weer mooi beschreven, ik zat er helemaal in. Het moet heel ontroerend geweest zijn om deze wezens van zo dichtbij te kunnen meemaken. Dat geeft veel energie ook. Lieve groet, mam/Jeannette

Marina

hoi, hebben jullie voor mij de naam van dat ecologische guesthouse?
Thanx, groeten, Marina

M&M

Hey Marina,

Zeker; dat was Ecolodge Bukit Lawang (als je diegene bedoelt waar we gelunched hebben). Zie bv. http://www.sumatra-indonesia.com/ecolodge.htm

Let wel dat we er dus alleen gegeten hebben!

marina

thanx!

piet laan

Wij zijn er dit jaar ook geweest en hebben er wel geslapen. Ook wij hebben een tropische (onweers)bui gehad. Ook wij hebben er OO's en Tomas bladeters gezien, maar geen gibbons. Vanwege de overvloedige regen konden we niet de rivier oversteken, maar zijn we de jungle ingewandeld. We kwamen veel Nederlanders tegen!

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!